Begroting 2020

Financieel perspectief

Financieel perspectief

Inleiding
Het opmaken van een gemeentebegroting is de afgelopen jaren een steeds grotere uitdaging gebleken. Met name de toegenomen onzekerheid over de hoogte van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds speelt gemeenten, en ook ons in Nieuwegein, parten. Daar waar het kabinet Rutte III gemeenten in maart 2018 nog verblijdde met een meerjarige fors hogere algemene uitkering is deze voor een aanzienlijk deel nu alweer verdampt. Deze onvoorspelbaarheid vraagt om behoedzaamheid in de ramingen om te voorkomen dat de schommelingen in de algemene uitkering (te) snel tot beleidsmaatregelen leiden.
Tevens is het de uitdaging financieel een koers uit te zetten die ons ook voor de langere termijn in staat stelt te blijven investeren in de stad, zodat kwaliteit behouden blijft en waar nodig verder wordt verbeterd. Temeer daar ook andere autonome ontwikkelingen de afgelopen maanden invloed hebben gehad op het begrotingssaldo voor de meerjarenbegroting 2020 - 2023. Invloed in zowel negatieve als ook positieve zin. Daarmee was het lastig om tot een sluitende begroting 2020 te komen. En gegeven de schommelingen die ook in het meerjarenperspectief zichtbaar zijn geworden, heeft dit ons doen besluiten geen extra bezuinigingsvoorstellen te doen om het eenmalige tekort voor 2020 volledig weg te werken.
Ontwikkelingen na de Kadernota en meicirculaire
Het verwerken van de Kadernota 2020 en alle mutaties daarna, leidt tot het volgende begrotingsbeeld. In dit beeld is rekening gehouden met het vervallen van het "hek" om het Sociaal Domein vanaf het jaar 2022. Vanaf dat begrotingsjaar worden de baten en lasten binnen het Sociaal Domein integraal afgewogen binnen de totale begroting. Om dat praktisch mogelijk en ook zichtbaar te maken is de beginstand van de meerjarenbegroting 2020 voor de jaren na 2021 in onderstaande tabel voor de effecten uit het Sociaal Domein gecorrigeerd.

Het jaar 2020 sluit, na aanvullende maatregelen, met een tekort van € 919.000. In de jaren daarna is er sprake van een positief begrotingsresultaat. Indachtig hetgeen wij in bovenstaande inleiding hebben aangegeven, stellen wij u voor het begrotingstekort 2020 uit de algemene reserve te dekken. Naast het feit dat deze reserve daar, in het licht van de benodigde weerstandscapaciteit (zie paragraaf weerstandsvermogen), voldoende ruimte voor biedt, willen wij voorkomen dat we nu te grote en ingrijpende maatregelen nemen die op een later moment niet nodig blijken. Dit argument wordt versterkt door het voornemen om in de Kadernota 2021 een voorstel te doen voor een duurzaam financieel evenwicht (mede gericht op de termijn na deze begrotingsperiode). Als dan blijkt dat meer ingrijpende maatregelen nodig zijn, zullen wij die aan u voorleggen; maatregelen gericht op een financieel duurzame situatie die u en ons in staat stelt te blijven werken aan een krachtig Nieuwegein.
Toelichting
De volgende autonome ontwikkelingen hebben zich sinds het vaststellen van de Kadernota 2020 en het uitkomen van de meicirculaire 2019 voorgedaan.
Nieuwe CAO en correctie indexering
Vlak voor de zomer maakten VNG en de vakbonden bekend dat er overeenkomst is over een nieuwe CAO voor gemeenten voor de jaren 2019 en 2020. De loonsverhoging die daarin is overeengekomen is hoger dan de stijging waar in de meerjarenbegroting vorig jaar rekening mee was gehouden. Daar komt bij dat de lasten voor werkgevers al hoger waren als gevolg van maatregelen in de pensioenpremies ter verbetering van de koopkracht. Ook hebben we geconstateerd dat, mede door de hoger uitgevallen loonstijging, de correctie die op de uitkomsten van de meicirculaire was berekend in verband met (verwacht) lagere indexering, te hoog is geweest. Samen leidt dit tot een aanzienlijke en nadelige correctie van het begrotingsresultaat.
Ontwikkeling algemene uitkering (septembercirculaire)
Daar staat tegenover dat inmiddels de uitkomsten van de septembercirculaire 2019, verschenen op Prinsjesdag, bekend zijn en daarmee ook integraal kunnen worden meegenomen in deze begroting. De septembercirculaire laat een verhoging van de algemene uitkering voor de jaren 2020 tot en met 2023 zien. Dit bevestigt het beeld dat wij in de inleiding hebben geschetst. In 2023 is de basisontwikkeling van de algemene uitkering meegenomen, omdat dit de nieuwe jaarschijf in het meerjarenperspectief betreft.
Hogere inkomsten  
Door de hogere loonstijging is het uitgangspunt voor indexering van de gemeentelijke inkomsten naar boven bijgesteld. De indexering komt nu op 3,25%. Dit percentage hebben we doorgerekend en levert een voordeel van € 192.000 op in 2020, oplopend naar € 203.000 in 2023.
Toerekenen personeelslasten aan investeringen
Nieuw dit jaar is de verwerking van de verplichting, op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV), om personeelslasten die gemaakt worden ten behoeve van investeringen op de betreffende investering te verantwoorden en daar ook op af te schrijven. Dat levert enerzijds een fors voordeel op. Anderzijds staat hier wel een verhoging van kapitaallasten tegenover die jarenlang doorloopt.
Toedelen accres aan "hek" Sociaal Domein
De kosten binnen het Sociaal Domein lopen op. Berichten daarover uit het land hebben al langere tijd de kranten gekleurd en nu zien we ook in Nieuwegein een duidelijke trend naar boven. Omdat een deel van die kosten betrekking heeft op indexering hebben wij, indachtig het "hek" om het Sociaal Domein, een deel van het accres op de algemene uitkering beschikbaar gesteld aan de programma's die betrekking hebben op het Sociaal Domein tot en met het begrotingsjaar 2021. Daarmee houden we de huidige werkwijze voor het Sociaal Domein in stand voor de jaren 2020 en 2021. Dit stopt conform afspraak na 2021. Op dat moment is naar huidige inzichten de reserve voor het Sociaal Domein uitgeput. Dat betekent dat vanaf dat moment financiële ontwikkelingen in het Sociaal Domein integraal binnen de begroting van de gemeente afgewogen moeten worden. In de meicirculaire zijn extra middelen voor o.a. de jeugdzorg toegekend voor de jaren 2019, 2020 en 2021. Deze middelen hebben wij alleen voor die jaren in de begroting verwerkt en niet structureel geraamd. Dit zou immers de onzekerheden met betrekking tot de inkomsten vanuit het Rijk verder vergroten.
Actualisatie meerjareninvesteringsprogramma
Tot slot is het meerjareninvesteringsprogramma geactualiseerd. De effecten daarvan, inclusief de hogere kapitaallasten als gevolg van het toerekenen van personeelslasten, zijn verwerkt.
Overige mutaties
Bovenstaande autonome ontwikkelingen leiden ertoe dat de opgave om te komen tot een sluitende begroting na de besluitvorming over de Kadernota 2020 in eerste instantie alleen maar groter is geworden. Vergeleken met de laatste informatie die met uw raad is gedeeld is het begrotingssaldo voor het jaar 2020 met ruim € 500.000 verslechterd.
Maatregelen om het begrotingstekort terug te dringen
In het verlengde van uw amendement bij de Kadernota in de raad van 4 juli jongstleden zijn wij op zoek gegaan naar mogelijkheden om het begrotingstekort terug te dringen.

  • We hebben het totale investeringsprogramma 2019 doorgelopen op eventuele vertragingen en doorloop naar 2020. De resultaten daarvan zijn in de primitieve begrotingscijfers verwerkt.
  • Ook hebben we de voornemens uit het Coalitieakkoord en de Kadernota 2020 kritisch onder de loep genomen. Voor een bedrag van € 349.000 in 2020 zien wij mogelijkheden om voornemens te temporiseren. Voor een overzicht van de vertragingen in de investeringen 2019 en temporisering op de voornemens uit het Coalitieakkoord en de Kadernota 2020 verwijzen wij u naar hoofdstuk 5.5.
  • Verder hebben we gekeken naar de groei van de stad die zich momenteel voordoet als gevolg van woningbouw. Een voorzichtige vertaling van de groei in aantallen woningen en daarmee inwoners naar de algemene uitkering levert een bedrag van €121.000 op.
  • Ook zijn de mogelijke gevolgen van de blijvend lage rente onderzocht. Met het oog op de voorgenomen investeringen, de ontwikkelingen in de grondexploitaties en aflopende geldleningen is onze liquiditeitsprognose geactualiseerd. Daaruit blijkt dat we de komende jaren weer meer moeten gaan lenen, maar dat dit wel tegen een veel lager percentage kan. Het effect daarvan bedraagt voor 2020 € 278.000. Dit voordeel boeken we structureel in. Voor 2021 komt daar naar huidige inzichten nog een bedrag van € 100.000 bij. Of in latere jaren er nog meer voordelen te behalen zijn hangt mede van de rentestand af. In voorbereiding op de Kadernota 2021 zullen we onze treasury in zijn geheel doorlichten en de structurele effecten voor het meerjarenperspectief meenemen.
  • Tot slot stellen wij vast dat voor enkele grote investeringsprojecten de investeringen wel in 2020 starten, maar waarschijnlijk niet ook al in 2020 tot een afronding komen. Het gaat hierbij om investeringen in de Doorslag, rondom het voormalige schippersinternaat en in het Atrium. Dit zal leiden tot vrijvallende kapitaallasten in 2021. Dit wordt op voorhand in de ramingen voor 2021 meegenomen voor een bedrag van € 250.000. Bij de herijking van het meerjareninvesteringsprogramma voor de Kadernota 2021 wordt dit structureel bezien en zonodig verwerkt.

Bovenstaande cijfers zijn in de nu volgende programma's opgenomen. Uitzondering daarop vormen de maatregelen om het begrotingstekort terug te dringen. Na besluitvorming door uw raad, zullen deze via de eerste begrotingswijziging worden verwerkt. Op basis van de voorliggende cijfers is er sprake van een sluitend meerjarenperspectief. Een perspectief waarmee verder gewerkt kan worden aan de ambities voor Nieuwegein. Maar ook een perspectief dat ons noopt kritisch naar onze begroting en diezelfde ambities te blijven kijken.

ga terug